07 maart 2013

USE-IT is je beste vriend(in) in de stad waar je niemand kent

MARLOU SARIS
(tekst & foto's)



USE-IT is hét toeristenbureau voor young people, te vinden vlak naast het Sint-Katelijneplein, in hartje Brussel dus. Hier vind je - naast de vele toeristen die het kantoor bezoeken - (import) Brusseleirs die je veel meer over de stad kunnen vertellen dan enkel droge feitjes. Bij USE-IT hoor je over het leukste feestje van de avond, vertellen ze je waar je restaurant met de goedkoopste lekkere pasta kunt vinden en waar het winkeltje met de meest exclusieve vinylplaten zicht bevindt(, en ga zo maar door). Op een zonnige maandagmiddag spreek ik Tine Declerck van USE-IT Brussel, over USE-IT op zich, maar vooral ook over Brussel en de vele culturen in onze stad.

Hoewel Brussel boft met een heus USE-IT kantoor (dat vind je verder alleen in Rotterdam en Oslo), legt Tine me uit dat het onderdeel is van een Europees netwerk en er dus plattegronden voor veel meer steden worden gemaakt. De oorsprong van de USE-IT kaarten ligt in Kopenhagen, waar in de jaren '70 een hele stroom van jonge toeristen naar vrijstad Christiania kwam. "De inwoners begonnen met kruisjes de leukste plekken op plattegronden aan te tonen, eigenlijk dus wat jij zou doen als je bezoek kreeg van een vriend of vriendin. Maar omdat je niet overal iemand kent, zijn wij er om dat voor jullie te doen, en zo de leukste plekjes met andere, jonge reizigers te delen."



Vriendendienst

USE-IT België is zo'n 10 jaar actief en na eerst enkele jaren vanuit Gent te hebben gewerkt, zit het kantoor sinds 2008 in de hoofdstad. Het grote voordeel voor inwoners van Brussel is dus dat je langs kunt gaan en persoonlijk advies kunt krijgen. Hier wordt - in elk geval gedurende het uur dat ik met Tine babbel - vlijtig gebruik van gemaakt. In 2012 zijn er meer dan 14.000 bezoekers bij de balie geweest, vertellen de statistieken, en daarvan was 85% onder de 35 jaar.

"We krijgen zeer uiteenlopende vragen hier aan de balie," legt Tine uit. "Heel veel mensen vragen toch dingen als Wat moet ik vanavond gaan doen? en Wat kan ik echt niet missen?, maar er worden ook heel specifieke vragen gesteld. Waar je Italiaanse olijfolie kunt kopen bijvoorbeeld, of of er ergens een Oekraïense supermarkt is. Er wordt ook nog regelmatig gevraagd hoeveel de hoeren kosten en waar ze die precies kunnen vinden, maar het gekste was wellicht nog een meneer die ons vroeg een kamer voor hem en zijn vrouw te boeken, om vervolgens haar naam nog te moeten vragen."

Dat USE-IT geen gewoon toeristenkantoor is, is meteen duidelijk. Je hoeft geen nummertje te trekken, kunt gratis koffie krijgen, er staan computers die je mag gebruiken en ook een praatje zit er gratis bij inbegrepen. Ook de algemene plattegrond en de speciale versies met tweedehands winkels, vinylzaken en biercafés mag je gratis meenemen. Op de vraag of dit niet clasht met de overige toeristeninfo's schudt Tine haar hoofd. "Nee, zij weten goed dat ze niet alle informatie kunnen geven, en op een vraag als Ik wil de hele nacht feesten en niet betalen voor een hostel, waar kan ik het beste naartoe? hebben ze wellicht geen antwoord. Onze doelgroep is gewoon compleet anders, en daarom loopt USE-IT zo goed. Wij hebben een groep vrijwilligers hier aan de balie die zelf ook echt een sociaal en cultureel leven heeft in Brussel. Zij zullen elk een ander antwoord geven op je vraag, maar er is ook geen juist antwoord. Je krijgt persoonlijk advies; het is een soort vriendendienst. Natuurlijk raak je niet bevriend met iedereen die langskomt, maar het gebeurt regelmatig dat je de toeristen 's avonds tegenkomt op café, of dat je tijdens de lunchpauze friet met ze gaat eten."

"Je bomma moet de kaart echt haten"

Jaarlijks verschijnt er een nieuwe kaart van Brussel, waarop de voorkeuren van alle USE-IT medewerkers samengevoegd worden tot één ultieme combinatie. "Het is geen hippe gids van Brussel," zegt Tine, "die zijn er al genoeg. Voor ons is juist ook de culturele en sociale context belangrijk." Dit illustreert ze met het stukje over Café Walvis:
The canal next to café Walvis divides the city in two parts. The mostly Arab community stays on one side of the bridge, the trendy white community on the other. But both communities find each other in this bar (aww, how cute).
Tine en de verantwoordelijke voor het feit dat je bomma de kaarten haat

"Ik denk dat juist dit ons zo bijzonder maakt," vervolgt ze. "Wij vinden die context ook heel belangrijk; het is toch leuk om iets meer te weten te komen over een stad, denk ik?" De kaart is zelfs leuk om gewoon zo te lezen, aangezien hij vol met humor en sarcasme zit, geheel aangepast aan de doelgroep. Ook op visueel vlak is meteen te zien dat het een kaart voor jonge mensen is. "Ik zeg altijd maar tegen de illustrators: maak alsjeblieft iets dat je bomma lelijk zou vinden, want dat is precies waar wij naar op zoek zijn," lacht Tine.



Melting pot

Hoewel de Brusselse plattegrond in eerste instantie braaf lijkt - met de Grote Markt, het Atomium en een chocoladewinkel hier en daar - geeft USE-IT ook weldegelijk de mogelijkheid om buiten de comfort zone van de gemiddelde jongere te treden. "De rode wandeling, op de achterkant van de kaart, is die die het meeste shockeert. We krijgen vaak te horen dat de mensen die wandeling echt raar vonden, maar dat weten we - en juist daarom staat hij erop. Hij gaat namelijk dwars door de Noordwijk vol hoogbouw, door de hoerenbuurt en langs tientallen Marokkaanse winkels, maar dat is toch juist fantastisch? Dat is namelijk óók Brussel. Ik snap dat het even schrikken is, vooral als dat het eerste is dat je ziet van de stad, maar het is hier nu eenmaal vuil. En dat maakt het ook wel weer mooi."

Ook mooi was de mogelijkheid Tine gelijk eens naar haar favoriete multicultiratatouillaire - zoals we het maar even noemen - tips te vragen. Zoals verwacht hoefde ze niet lang te denken:

  • Kuumba (Vredestraat 35, Elsene): "Een Vlaams-Afrikaans huis, in Matongé natuurlijk. Het is een soort instap in Matongé eigenlijk, dus het is niet als naar een Afrikaans restaurant gaan waar de drempelvrees wellicht te hoog is. In Kuumba worden verschillende Afrikaanse mensen gevraagd om te komen koken, en je kunt dus allerlei dingen kopen en proeven. Ook organiseren ze tentoonstellingen en concerten. Perfect voor een kennismaking met de Afrikaanse wijk dus."
  • Recyclart (Ursulinenstraat 25, onder station Brussel-Kapel): "Dit is een van de weinige organisaties die erin slagen om zowel op sociaal als cultureel gebied bezig te zijn, vind ik, en ze hebben een ongelooflijke link met de buurt waarin ze werken. Er is een sociaal restaurant - een opleidingstraject voor langdurig werklozen. De bestelling en dienstverlening is niet altijd even snel, maar het is niet super duur en wel altijd lekker. En de vele feestjes in Recyclart zijn ook echt een aanrader."
  • De Zuidmarkt. "Een cliché natuurlijk, maar die mag niet ontbreken. Ik doe hier elke week voor minder dan 10 euro mijn boodschappen, voor vier mensen. Je kunt er bijvoorbeeld Marokkaanse pannenkoeken eten, thee drinken, Italiaanse koekjes kopen en eitjes van de Brusselse boeren."

En nog één tip van de redactie: ga vooral ook eens bij het USE-IT kantoor langs. En als je dan toevallig Tine treft en ze zin heeft in een ijsje "van punt 5 van de kaart": ga mee. Vooral de 'caramel salé' is een aanrader, kan ik je nu vertellen.



   USE-IT
   Steenkoolkaai 9B
   1000 Brussel
   Website

1 opmerking:

  1. Wat een duidelijk/fijn artikel om te lezen. Enne...ook al hoor ik niet tot de doelgroep (60+).....lijkt me geweldig om die kaart die bomma lelijk vindt(??) te bekijken en de wandeling te maken.
    Veel succes nog met jullie blog en ik blijf jullie volgen.

    BeantwoordenVerwijderen

Wij omarmen elke opmerking, prangende vraag, opbouwende kritiek of lovende reactie, so shoot! Oh ja .. en bedankt!